Begin dit jaar hebben we afscheid genomen van ons oudste lid. 76 jaar lid geweest van Niedorps Fanfare en vorig jaar nog gehuldigd vanwege zijn jubileum en tevens ben je erelid. We hadden allemaal het idee dat Anton er nog wel wat jaartjes aan vast zou plakken omdat hij altijd zo ontzettend vitaal was. Hij speelde zijn partijtje nog altijd met vaart mee en als we klaar waren met de repetitie hielp je mee het zware slagwerk bent op te ruimen. Hier is abrupt een einde aan gekomen en wat zullen we Anton missen.
Je bent lid vanaf de oprichting van de fanfare ontstaan uit Excelsior uit Nieuwe Niedorp en Crescendo uit Oude Niedorp. Je hebt in al die tijd heb je 9 dirigenten versleten en ontzettend veel kennis vergaard over de muziekwereld. Je bent begonnen op de bugel kreeg wat lessen van de dirigent wat inhield dat je wat muziektheorie op een handgeschreven velletje kreeg een lesboekje en als je dat uit had kon je in het korps plaatsnemen. Een muziekschool was er toen nog niet je kreeg van leden van de fanfare les of van de dirigent.
Hij was elf jaar lang voorzitter, van 1957 tot 1968, totdat zijn vertrek naar Schagen daar een eind aan maakte. Daarvoor was hij al bestuurslid, en na zijn militaire dienst nam hij deze belangrijke taak op zich. De vergaderingen beperkten zich in die tijd tot twee à drie keer per jaar, en de rest werd in de pauzes besproken. Hierdoor zijn er nauwelijks notulen uit die periode terug te vinden; dat werd pas later ingevoerd. Pas in 1987 werd een huishoudelijk reglement opgesteld.
Het ledenaantal schommelde flink in de jaren dat hij lid was, van 19 leden in 1971 tot maar liefst 59 in 1983. En ook nu nog zijn er fluctuaties in het ledenbestand. Wat echter voorgoed is veranderd, is de rol van dames binnen de vereniging. Waar er in het begin nauwelijks vrouwen actief waren, vormen zij nu meer dan de helft van de leden.
Hij vond het altijd heel gezellig naast Corry, en als Ineke erbij was, kon ze heerlijk met hem dollen.
De muziekkeuze veranderde in al die jaren drastisch: van sonates en marsen naar house-, film-, disco- en andere populaire stromingen. Hij speelde zelfs mee in twee blaaskapellen, de Strukkeltrekkers en de Torenblazers, die na hun eerste succesjaren werden opgeheven—tijden veranderen immers. Ook het marcheren en musiceren op een boerenkar werd na verloop van tijd afgeschaft. Daarvoor in de plaats kwamen de zit- en staconcerten. Tijdens die staconcerten weigerde hij steevast de aangeboden stoel—hij vond dat niet nodig, een teken van zijn uithoudingsvermogen.
Hij deed vaak mee aan concoursen, maar die namen met de jaren een minder belangrijke plaats in, door de opkomst van andere muzikale activiteiten, zoals de grote concerten en seizoensgebonden optredens. In 1979 werd voor het eerst het Niedorp Festival georganiseerd, met als inzet de Rom Kinderman-wisselbeker. Dit festival was vaak een groot succes, met veel goede orkesten en een uitstekende locatie, zoals de Oude Beurs in Middenmeer. Later kreeg het festival een andere opzet, zoals het Dot-Event.
Ook hij deed ooit mee aan een solistenconcours, in Egmond-Binnen in 1958, samen met Cor Groot en Freek Koorn. Als trio behaalden ze met 144 punten in de derde afdeling een tweede prijs.
Voor het voortbestaan van de vereniging waren financiële acties onontbeerlijk, en hij maakte er velen mee: papier ophalen, de donateursactie, bonbonactie, bloembollen-, pennen- en tulbandactie, en Jantje Beton. De meest bijzondere actie vond plaats in 1957, toen Persil een actie startte waarmee verenigingen geld konden verdienen. Voor elke volle kaart met uitgeknipte emmertjes uit Persil-verpakkingen kreeg de vereniging een bedrag. Vanaf dat moment werd er alleen nog met Persil gewassen.
Tot zover de indrukwekkende muzikale loopbaan van Anton. Wat blijft, is de herinnering aan hem, en aan het feit dat hij nooit klaagde. Of hij nu moest repeteren of optreden onder barre omstandigheden—extreme kou of hitte, slecht zittende stoelen, erbarmelijke akoestiek, te weinig verse lucht, een moeilijke muziekkeuze, optredens zonder publiek, optredens met heel veel publiek, instortende podia, beruchte weekendjes uit, gezellige koffieruimtes of sfeerloze tl-verlichte ruimtes—het maakte hem allemaal niet uit. Of misschien wel, maar hij liet het nooit merken en bleef altijd opgewekt.
Wat zullen we hem ontzettend missen…
Dag lieve Anton.
